In de naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle
Voorspellingen dat religieuze geleerden tegenstand zullen bieden aan de Beloofde Messias en Imam Mahdi
Dit artikel is grotendeels gebaseerd op de geschriften van Hazrat Mirza Tahir Ahmad, de vierde Khalifa (Kalief) en voormalig wereldwijd hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, alsmede op het boek Truth About Ahmadiyyat van B. A. Rafiq, de voormalige imam van de moskee in Londen.
Door Youssef Ikhlaf
Inleiding
Sinds God, de Almachtige, het systeem van profeetschap heeft ingesteld ter leiding van de mensheid, zijn heilige profeten, vrede zij met hen, altijd geconfronteerd met tegenstand. Ze werden tovenaars en krankzinnig genoemd. Ze werden beschreven als wanordelijk, opstandig en als leugenaars verklaard. Iedere profeet en iedere uitverkorene van God is op die manier behandeld.
De Heilige Koran verklaart in Soera Al-Mu’minoen, vers 45:
کُلَّ مَا جَآءَ اُمَّۃً رَّسُوۡلُہَا کَذَّبُوۡہُ
“Telkens wanneer een boodschapper tot een volk kwam, verklaarden zij hem voor leugenaar.” (Heilige Koran, 23:45)
Zo verging het ook de Beloofde Messias, Hazrat Mirza Ghulam Ahmad van Qadian, vrede zij met hem. Toen hij zijn aanspraak naar voren bracht als de Hervormer van het tijdperk en de Beloofde Messias en Imam Mahdi, kwamen niet alleen Moslimgeleerden, maar ook leiders van andere religies tegen hem in opstand, en vielen hem aan met valse beschuldigingen en ongegronde bezwaren.
De Moslimgeleerden beweerden dat zijn leer in strijd was met de Islam en met de praktijk van de Heilige Profeet Mohammed, moge de vrede en de zegeningen van Allah met hem zijn, en overspoelden hem met valse aantijgingen.
Voorspelling van de Heilige Profeet, moge de vrede en de zegeningen van Allah met hem zijn, over Moslimgeleerden in de latere dagen
Dit waren de verdorven geestelijken over wie onze Heer en Meester, de Heilige Profeet Mohammed, moge de vrede en de zegeningen van Allah met hem zijn, dertienhonderd jaar geleden voorspeld had, namelijk:
“Hun geleerden (hier distantieert de Heilige Profeet zich van Moslimgeleerden) van de laatste dagen zullen de slechtsten van de schepping onder de hemel zijn.” (Mishkat, Kitab al-‘Ilm)
Voorspellingen van Moslim heiligen uit het verleden
Vele vooraanstaande Moslim heiligen hadden voorspeld dat Imam Mahdi hevig zou worden tegengewerkt door Moslimgeleerden.
- De bekende Mujaddid Alf-e-Thani, Hazrat Sheikh Ahmad Faruqi Sirhindi, moge Allah genade met hem hebben, een hervormer in zijn tijd en een erkende autoriteit binnen de verschillende stromingen van de Ahle-Sunnat (zoals de Hanafi, Deobandi en Barelvi), schreef met betrekking tot de Mahdi:
“Hetzelfde zal het geval zijn met de Mahdi, vrede zij met hem. Alle muqallids (zij die blindelings de mening van hun voorgangers volgen) zullen zijn bittere vijanden worden en zullen samenspannen om hem te doden, en beweren dat hij hun geloof verdraait.” (Iqtarab as-Sa‘ah, blz. 244)
“Het is zeer waarschijnlijk dat de oppervlakkige geleerden hem zullen verwerpen en hem zullen beschouwen als iemand die in strijd handelt met het Heilige Boek (de Heilige Koran) en de Soennah van de Heilige Profeet.” (Maktubat Imam Rabbani, Deel 11, blz. 55)
2. Hazrat Muhy-ud-Din Ibn-e-‘Arabi was een wereldberoemde islamitische geleerde en commentator. Hij wordt algemeen beschouwd als een van de meest invloedrijke figuren in de islamitische mystiek (soefisme) en islamitische metafysica.
Sommigen wijzen de geschriften van Ibn ʿArabī af vanwege misverstanden over wat hij bedoelde. Een afwijzing doet echter geen recht aan de vele geleerden die zijn werk grondig en met respect hebben bestudeerd. Veel van de kritiek komt voort uit het feit dat mensen de taal en begrippen van het soefisme niet goed begrijpen.
Hij schreef:
“Wanneer de Mahdi verschijnt, zullen de godsdienstgeleerden en moslim juristen zijn bitterste vijanden zijn.” (Futūḥāt al-Makkiyya, deel 2, p. 242)
Citaat van een invloedrijke Moslimgeleerde uit de tijd van de Beloofde Messias en Imam Mahdi
3. Sayyid Muḥammad Ṣiddīq Ḥasan Khān al-Qannawjī (1832–1890) was een invloedrijke moslimgeleerde en leider van de moslimgemeenschap in 19e-eeuws India. Als de voornaamste geleerde van de staat Bhopal speelde hij een centrale rol in de oprichting van de Ahl-i Hadith-beweging, (samen met Syed Nazeer Husain). Hij wordt ook beschouwd als een belangrijk figuur binnen de Arabische Salafiyya-beweging van zijn tijd.
Hij schreef:
“Wanneer de Mahdi, vrede zij met hem, zijn campagne begint om de praktijk van de Heilige Profeet (s) te herstellen en innovaties te bestrijden, zullen de geleerden van zijn tijd, die vasthouden aan het volgen van moslim juristen en toegewijd zijn aan hun vroegere leiders en voorouders, zeggen dat hij hun geloof en de moslimgemeenschap probeert te vernietigen. Ze zullen tegen hem in opstand komen en, zoals gebruikelijk, zullen ze hem tot ongelovige verklaren.” (Hujajul Karamah, p. 363, door Nawab Siddique Hasan Khan)
Een woord van advies
Hazrat Mirza Tahir Ahmad, de vierde Khalifa (Kalief) en voormalig wereldwijd hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap zei:
“Er is een andere manier om de waarachtigheid, of het ontbreken daarvan, van de bewering van Hazrat Mirza Ghulam Ahmad, namelijk dat hij door God Zelf is aangesteld, te onderzoeken en na te gaan. Men dient de Heilige Koran te bestuderen met betrekking tot dergelijke geschilpunten en leiding en licht te zoeken in het Woord van God Zelf.”
“Wat wij met de meeste nederigheid willen benadrukken, is het feit dat blinde vijandigheid jegens iemand die aanspraak maakt op het profeetschap, hoe onjuist men zijn bewering ook moge achten, geen verstandige houding is en indruist tegen de duidelijke richtlijnen van de Heilige Koran. Men behoort te bestuderen, te verkennen en te onderzoeken als een oprechte zoeker naar de waarheid, en bovendien Allah om leiding te vragen door middel van het gebed.”
“Ahmadi’s stellen dat iedereen die bereid is tijd en geduld te investeren om de waarheid op de voorgeschreven wijze te onderzoeken, onvermijdelijk tot de conclusie zou komen dat de korte fragmenten die door de anti-Ahmadiyya-oelema (godsdienstgeleerden) uit de geschriften van Hazrat Mirza Ghulam Ahmad worden geselecteerd en gepresenteerd, steevast uit hun context worden geciteerd en zodanig worden verdraaid en vervormd dat zij volledig losstaan van de oorspronkelijke intentie en bedoeling van de auteur. Integendeel, de diepzinnige geschriften van Hazrat Mirza Ghulam Ahmad van Qadian vormen een onweerlegbaar bewijs dat de beschuldigingen geheel ongegrond zijn en dat juist het tegenovergestelde waar is.” (With Love to the Muslims of the World, pagina 8, 18 en 22)
Conclusie
De manier waarop de Beloofde Messias en Imam Mahdi, vrede zij met hem, door religieuze geleerden werd behandeld, komt precies overeen met de profetieën van de Heilige Profeet, moge de vrede en de zegeningen van Allagh met hem zijn, en met wat eerdere heiligen en tegenstanders van profeten voorspelden. Dit is een sterk bewijs voor de waarheid van Hazrat Mirza Ghulam Ahmad, vrede zij met hem.
Deze feiten laten ook zien hoe belangrijk het is om eerlijk en zonder vooroordelen naar beweringen te kijken. Blindelings tradities of meningen volgen zonder zelf te onderzoeken, gaat in tegen de islamitische plicht om oprecht naar de waarheid te zoeken. Zoals de Heilige Koran ons waarschuwt:
“En volg niet datgene waarvan u geen kennis bezit. Voorwaar, het oor, het oog en het hart – al deze zullen worden ondervraagd.” (Koran 17:36)
Daarom is het van groot belang dat elke oprechte zoeker naar de waarheid zich openstelt voor bewijs, gebed en studie van de Heilige Koran en de geschriften van Hazrat Mirza Ghulam Ahmad, vrede zij met hem. Alleen dan kan men recht doen aan de waarheid en ontsnappen aan de fouten van de tegenstanders van Gods Profeten in het verleden.
Moge Allah iedereen leiden die met oprechte intentie de waarheid zoekt. Ameen.




